Ontdekkingsreiziger op vakantie
Je kunt natuurlijk best in één of twee dagen tijd 1500 kilometer doorrijden naar je zonnige vakantiebestemming. Het is even afzien, maar dan is daar de totale ontspanning, het dolce far niente waar je het hele jaar al naar hebt uitgekeken. Óf je breekt je reis in hapklare stukken, en je gaat onderweg al wat moois bekijken. Trek daar gewoon eens een extra dagje voor uit, kom maar eens een dag later op je vakantiebestemming aan.
Er valt namelijk onderweg naar de zon al van alles te zien, waar je anders misschien nooit aan toe zou komen. En ondertussen gaat je hoofd al heerlijk in de relax-stand, want je bént immers al op een bestemming, je ziet nieuwe dingen in een andere omgeving, de taal is anders en ’s avonds geniet je nog na bij ander eten, misschien wel een perfect gepaneerde wienerschnitzel met een biertje erbij. Morgen reis je wel weer verder, maar nu ben je lekker uit. Mijn principe is dan ook: “it’s not only about the destination, it’s also about the journey”.
Wat kan een ontdekkingsreiziger op vakantie zoal gaan bekijken onderweg? Ik begin maar gelijk met de gouden tip voor iedereen (dus ook voor gezinnen met kinderen): het Mercedes-Benzmuseum in Stuttgart. Echt, neem het van mij –ik heb niks met auto’s- aan: dit is in alle opzichten bijzonder. Zowel de architectuur van “onze eigen” Ben van Berkel (UNstudio, denk aan de bekende brug in Rotterdam), als de manier waarop de geschiedenis van het merk, het gemotoriseerde verkeer in het algemeen én de samenhang met de wereldgeschiedenis wordt gepresenteerd, is verbluffend, interessant en speels. Je komt ogen tekort, niet in het minst door de spannende architectuur aan de binnenkant van het museum, de supertoffe liften (zie foto) en de wijde panoramische blik op de omgeving.
En als je toch in Stuttgart bent is daar ook het Porschemuseum (architectuur: Delugan Meissl, denk aan het EYE-filmmuseum in Amsterdam), de stadsbibliotheek (architectuur: Eun Young Yi) met de zeer fotogenieke binnenkant (zie foto), en de Weissenhofsiedlung (een hele wijk uit 1927 als staalkaart van het “Nieuwe Bouwen”, door het neusje van de zalm aan architecten uit die tijd: Mies von der Rohe, Le Corbusier, Gropius e.v.a.)
Als je over Basel rijdt, is het Tinguely-museum een absolute aanrader. De grappige, gekke en bijzondere bewegende kunst van de vindingrijke Jean Tinguely is voor jong en oud een leuke belevenis. Voor architectuur- en designliefhebbers is daar vlakbij, aan de Duitse kant van het drielandenpunt, in Weil am Rhein het Vitra Design Museum te vinden (architectuur: Frank Gehry; maar ook werk van Zaha Hadid, Tadao Ando e.v.a.).
Eigenlijk zijn er onderweg mogelijkheden te over, maar ik ga mij beperken. Ik noem nog kort de volgende aanraders in Frankrijk:
- Lille: Villa Cavrois (van architect Robert Mallet-Stevens) en daar vlakbij in Roubaix: La piscine (art deco zwembad omgebouwd tot museum)
- Ronchamp (in de Vogezen): Notre Dame du Haut van Le Corbusier. Het afwijken van de snelweg méér dan waard!
Ik wens iedereen een fijne vakantie en vele mooie ontdekkingen!